Op vergelijkbare wijze hield ik van de Facebookbezoeken waarbij ik een keer of tien op ‘vernieuwen’ moest drukken voordat alle berichten van de laatste dagen in beeld verschenen. Ik schrok me dood toen Facebook direct in al haar glorie getoond werd. Ik kon er niet goed mee omgaan. Facebook was voor mij een belofte geworden, een geleidelijke vervulling van mijn bijna exploderende zucht naar ditjes en datjes. De nieuwe weergave leidde tot een digitale vraatzucht die zijn weerga niet kende.
Een andere beperking die langzaam is uitgegroeid tot een dierbare gewoonte is het douchen in de keuken. Het geluid van kletterend douchewater is voor mij inmiddels net zo verbonden aan de keuken als het geluid van kokend water in de pan. Douchen in een badkamer zou voor mij degradatie betekenen, een teruggang naar het voorspelbare leven in gescheiden domeinen. Nu kan ik naar de keuken lopen en onderweg besluiten wat ik ga doen. Wordt het soep of shampoo? Wordt het een verstopt doucheputje of een verstopte gootsteen? Die vrijheid zou ik voor geen goud willen inleveren.
Mijn vloerbedekking hoort ook in dit rijtje thuis. Mijn vloerbedekking is oud en gerimpeld. Daarom probeer ik hem een beetje te ontzien, door bijvoorbeeld niet over hem heen te rijden met mijn bureaustoel waar af en toe de rugleuning uit valt. Mensen adviseren corrigerende vloermatten, maar ik ben blij met mijn vloerbedekking zoals hij is. Ik til met alle liefde mijn bureaustoel over de gevoelige plekken en als ik stofzuig, trek ik in één beweging alles glad. Dan kan hij er weer even tegenaan. Ik zie huizenhoog op tegen het moment dat mijn vloerbedekking op andere plekken loslaat, de dag dat er nieuwe vloerbedekking voor de deur staat.
Eén van mijn boxen staat in een koffiekopje. Ik hoop dat dat nog lang zo mag blijven.