Op het
scherm van de televisie loopt een golf als die van een hartslagmeter. Als ik
met mijn vlakke hand een paar keer op de bovenkant sla, kan ik een minuut of
tien ongestoord de ondertiteling lezen. Op slechte dagen storen zelfs de dvd’s.
Onze internetverbinding is even onvoorspelbaar als het weer (gaat deze uitdrukking nog wel op?) en als ik muziek
wil luisteren, maak ik van de kabel naar de boxen een unieke lus die geleiding
naar beide uitgangen mogelijk maakt. Douchen doe ik in de keuken en slapen doe
ik in een twijfelaar: het is net geen eenpersoonsbed.
Ik zou het
niet anders willen.
Alhoewel…
Ik ben op
vakantie geweest. Waar normaal gesproken mensen een selectie van hun spullen
mee op vakantie nemen, omdat er in het onderkomen op de vakantiebestemming nu
eenmaal niet genoeg ruimte is voor alles, daar heb ik spullen bij moeten kopen
om het appartement enigszins te kunnen vullen: een bal met Takkie erop, een groot
schrift, een knijpkat; alles kreeg een eigen plek in de ruime woon- slaap- en
kookkamer. In die kamer, languit op de bank, zette ik voor de allereerste keer,
weliswaar nietsvermoedend, de airco aan. Voor het eerst deelde ik een keuken
met slechts één persoon. Een keuken met keramische platen. Een koffieautomaat
met pads. Een vaatwasmachine.
Wat een luxe,
opstaan in een donkere kamer en ontbijten op een kookeiland. Wat een ongekend en
onbekend gevoel. We wilden er nooit meer weg. Ook niet als de zon verwoed door
de ramen scheen of als er een driedelige wijntour met proeverij op het
programma stond. Nog niet voor een gereserveerd retourtje strand met ligbedden
en mosselen verlieten wij onze stoffen driezitsbank met voetenbankje en
vervormbare kussens. We zaten en lagen overal in de kamer waar dat enigszins
kon en zetten alle apparaten waar knoppen op zaten aan en uit. Wat zou er
gebeuren? ‘Het geeft licht!’ ‘Wauw!’ ‘Wat zou je eraan hebben?’ ‘Weet ik niet.’
‘Wauw!’
Het was een
heerlijke vakantie. Zelden was ik zo ontspannen als tijdens deze week, in
Bordeaux. En het is een geweldige stad, dat moet gezegd. We hebben er goed aan
gedaan door het appartement af en toe voor even te verlaten, maar het gevoel na
een – toch wel – lange dag in woord en vacht verwelkomd te worden door de
deurmat hoorde bij de beste sensaties van de week. Eenmaal verwelkomd deden we
steeds iets geroutineerder de airco aan. Af en toe vertrok er een triomfantelijke
blik naar het tweepersoonsbed. Een keer dacht ik aan nog meer luxe: aan een verstelbaar
waterbed, een bijbehorend bubbelbad, een thuisbioscoop. Er zijn mensen die dat hebben. Wij niet, gelukkig; wat was het dan een rotvakantie geweest.