zaterdag 8 december 2012

De transfermarkt


Ik ben transfervrij. Al een tijdje. Mijn contract op de vorige school liep af en nu ben ik op zoek naar een nieuwe school. Ik voel me prima zonder school, maar je bent toch docent in opleiding en je wilt toch lesgeven. Het begint weer te kriebelen, het balletje mag weer gaan rollen. Mijn zaakwaarnemer Rob Jansen kijkt voor mij of er scholen interesse hebben. Omdat we nu middenin het seizoen zitten, moet ik het vooral hebben van blessures en van ontslagen. Rob houdt zijn ogen en oren open.

Vorige week had ik een gesprek op een school in de buurt. Rob kijkt vooral rond in de buurt, omdat hij weet dat ik een familieman ben en moeder de vrouw, als die eenmaal aan boord is, liever niet verhuist, zeker met het oog op de kleine. De school in de buurt was moeilijk te bereiken. Omdat ik slechts een schoolloze docent in opleiding ben, moest ik de fiets nemen. De fiets noch ik was uitgerust met een (werkend) navigatiesysteem, dus vroeg ik de weg aan passerende mensen op straat. Als voormalig docent op een school was dat even omschakelen.

Ik werd ontvangen door de vrouw van personeelszaken, die me bij de rectrix en twee docenten afleverde. De rectrix vertelde me waarom ik voor de moeilijk bereikbare school in de buurt moest kiezen. De school had een visie, de jeugdopleiding deugde en het gebouw was uitgerust met de meest moderne apparatuur zodat iedereen op school zich optimaal kon ontwikkelen. Daarbij zaten er al meer dan 1300 leerlingen op de moeilijk bereikbare school in de buurt. Voor hen was de school wellicht iets beter bereikbaar, bedacht ik me, toen ik op de terugweg de hoofdingang ontdekte.

Plotseling werden er vragen aan mij gesteld, over wat ik de school te bieden had en over wat ik zou doen in situaties. Mijn antwoorden zetten de rectrix en haar adjudanten om in een profielschets waarmee zichtbaar mijn geschiktheid gewogen werd. Dit tafereel had iets weg van een ingewikkelde wijnsoort die met argwaan gekeurd werd. Ik voelde de druk toenemen en wist dat alles wat ik zei uitvergroot werd. Het goede gevoel, dat voetballers doorgaans aan gesprekken als dit overhouden, ontbrak vanaf het begin. Er werd voortdurend op mijn helft gespeeld: de belangen van de school prevaleerden boven mijn motivatie en verwachtingen. Heb ik het zo goed verwoord, Rob?