donderdag 28 maart 2013

Verjaardag

Op 24 maart ben ik jarig. 23 maart en 25 maart zijn doodnormale dagen, zelfs met
temperaturen onder de nul, maar de 24e is altijd een dag op zich. Er zijn wel eens dingen te doen op 24 maart: concerten, voorstellingen, koopzondagen, voetbalwedstrijden. Dan voel ik me trots, maar ook een beetje gepasseerd. Ze hebben toch maar mooi mijn verjaardag uitgekozen, maar ook: ze hebben mijn verjaardag uitgekozen! Hoe durven ze.

Elk jaar vier ik mijn verjaardag (zo makkelijk krijgen ze me er niet onder). Vroeger gaf ik feestjes. Tegenwoordig ook, maar nu met bitterballen in plaats van frietjes. Als het laat wordt, brengen we elkaar thuis. Vroeger vierde ik vaak niet alleen mijn eigen verjaardag, maar ook die van een paar vriendjes die net als ik in de lente jarig waren. We gingen dan bowlen met de hele klas of schaatsen met de hele klas. Nu is bowlen teveel gedoe en gaan we ergens zitten. Ik vier mijn verjaardagen sinds een paar jaar solo.
Het vieren van mijn verjaardag is altijd spannend. Hoe vinden mijn klasgenootjes mijn zelfgeprikte prikkers? Is er niemand allergisch voor kaas? Op de fiets klappen de eerste ballonnen al –  en ik ben de druiven vergeten! In de klas zijn alle ogen op mij gericht. Ik mag iemand aanwijzen die me meehelpt met uitdelen. Dat wil iedereen wel en ik kies het liefst iedereen. Dat mag niet. Ik kies, willekeurig, twee aardige klasgenootjes. Dat mag ook niet. Aardig mag wel, twee niet.

Vijftien jaar later zijn er andere zorgen: wat vinden mijn vrienden van mijn zelfafgehuurde café? En van mijn zelfsamengestelde playlist? Heeft iedereen een welkomstdrankje gekregen,  zonder dat ik bij het overhandigen ervan dat woord gebruikte? In de ene hoek staan vrienden en in de andere hoek ook. Als jarige hoop ik op gesprekken tussen de hoeken; als bezoeker zou ik daarvoor vrezen. Mijn ouders en broer zijn er ook. Dat is fijn, maar ook (extra) spannend. Wat zouden ze van mijn feestje vinden? Van mijn zelfafgehuurde café? En van mijn zelfsamengestelde playlist?
Dit jaar vier ik mijn verjaardag op de avond voor mijn verjaardag, die overgaat in de nacht van mijn verjaardag. Ik heb behalve risotto voor drie personen niets hoeven (voor)bereiden en doordat we in de kroeg gaan weerwolven blijven de hoeken leeg.  Mijn kamer is versierd door huisgenoten en kort nadat ik wakker word, vind ik mezelf ontbijtend terug in de Mac. Het is alles bij elkaar een geweldige, ontspannen verjaardag. Voel ik dan echt geen enkele verantwoordelijkheid? Jawel, ik moet iedereen nog bedanken hiervoor. Bij dezen!

donderdag 14 maart 2013

Vergaderen

De opstelling waarin we zitten doet me denken aan de vergaderingen op mijn middelbare school. Als ik corvee had of om andere redenen na vier uur nog op school was, keek ik wel eens naar binnen. Dan zag ik mijn docenten. Ze kenden elkaar dus. Ze dronken koffie en zagen er vermoeid uit. Zo nu en dan steeg er een luid gelach op. Dan keek ik weer even. Zouden ze om mij lachen? Om mijn mislukte tekening bij meneer Van Beek? Of mijn gênante vergissing bij biologie (ik antwoordde ‘orgasme’ in plaats van ‘organisme’)? Of ging het over mijn rare uitspraak van Franse woorden, zoals maison – ‘majzon’ en ‘monsieur’ – ‘mesjeu’? Ik wilde het graag weten, maar de afstand tussen mij en het lokaal was hemelsbreed zo klein als hij in werkelijkheid groot was. Het was uitgesloten dat ik ooit iets van leerlingvergaderingen mee zou krijgen.

En nu zit ik aan een tafel die met een stuk of acht andere tafels een ‘u’ vormt. Er hangt een wasem van koffie boven de opstelling en aan het hoofd zit een docent met stapels papieren en een zorgelijk gezicht. De tijd heeft mijn voorspellingen ingehaald: ik ben één van de vermoeide docenten geworden. Om me heen zitten collega’s en, verdomd, de meeste van hen ken ik. Er wordt gezucht en af en toe hard gelachen. Het is een fijn gevoel om eindelijk deel uit te maken van iets wat zo lang buiten mijn bereik lag, maar ten opzichte van mijn klasgenoten voel ik me schuldig. Ik doe waar we tijdens het corveeën onze docenten van betichtten: ik praat in het geheim over leerlingen. En ik drink koffie.

zondag 10 maart 2013

Shania Twain

Ik zet de radio aan en val met mijn oren in de boter: de Powervrouwen top 101. Een top 100 is altijd aan mij besteed en een top 101 – net eentje meer, lekker dwars, lekker anders – lust ik rauw. En dan ook nog één met powervrouwen. Ik houd van powervrouwen, van de term vooral. Een powervrouw laat niet met zich sollen, zingt gewoon waar het op staat. 'Haten is verlaten', twittert de powervrouw. Ik zet de radio harder en vraag me hardop af welke powervrouw er stoer in de startblokken zou staan, klaar om haar statement te maken. Na een minutenlange aankondiging hoor ik een bekend intro. Het is de intro van ‘Man, I feel like a woman’, van Shania Twain.

De cd van Shania Twain kocht ik in de cd-winkel in Hilvarenbeek. Ik was een jaar of tien. De cd-winkel was muf en de verkoper deed daar weinig voor onder. Ik kocht daar niet alleen de cd van Shania Twain, maar ook die van de Charley Lownoise & Mental Theo en een singeltje van Aqua. Van enige cohesie in mijn smaak was nog lang geen sprake. Ik luisterde wat ik leuk vond, was nog niet op de hoogte van, laat staan gevoelig voor genres en bijbehorende doelgroepen. Pet Shop Boys, Solid Harmony, Tracy Chapman, Toy Box, Shania Twain, ze stonden bij mij allemaal op één bandje.
Waar Shania Twain precies over zong, ontging me. Ik kon de woorden dromen, dat wel, maar had geen flauw idee wat ze betekenden. Dat maakte me niets uit. ‘Honey, I’m home’, ‘Don’t be stupid (you know I love you)’ en ‘Man, I feel like a woman’ zong ik altijd van begin tot eind mee; alleen de allermoeilijkste woorden liet ik passeren. Intussen maakte ik ijverig mijn eerste huiswerkopgaves, over staartdelingen en hoofdsteden. Op mijn deur hing een oude poster van Sesamstraat. Als vriendjes dat kinderachtig vonden, stelde ik de poster gerust met de woorden van Shania Twain: ‘You’re still the one’. 
Nog steeds luister ik wel eens naar Shania Twain, of naar Captain Jack, 3T, Fugees of Coolio. Op Spotify kan ik alles wat ik 15 jaar lang heb moeten missen weer terugvinden. Dat ik niet de enige ben die naar jeugdherinneringen op zoek is, zie ik aan de enorme hoeveelheid ‘oude’ playlists die er op Spotify te vinden zijn. Dat gegeven sterkt me in het streven om nog meer muziek van vroeger te luisteren. Ik hoef me er schijnbaar niet voor te schamen.
Daarom zet ik nu ook zonder moeite een nummer van T-Spoon aan. Ik schaam me nergens voor, alhoewel: ik zou ook weer niet willen dat iedereen ervan af zou weten. Misschien schaam ik me toch. 'Keep on smiling' is het eerste nummer van een urenlange privésessie. Dit stukje ga ik nooit plaatsen.