dinsdag 7 februari 2012

Erben en Erik



Het is maandagavond, 6 februari 2012. Buiten is het bitterkoud. De koek en zopie zijn niet aan te slepen, ijsmeesters vallen over elkaar heen om de dikte van het ijs te meten; er wordt gestrooid met centimeters. In Friesland zitten Erben en Erik bij het haardvuur. De Wereld Draait Door staat aan, ze spelen Monopoly.

'Ah, fuck, Erik, ik moet de gevangenis in.'
'Meen je dat nou? Heb je Elfstedenkruisjes nagemaakt?'
'Nee, in het spel. Ik moet naar de gevangenis. En ik ga niet langs start.'
'Gaat ie niet van start? Echt waar? Maar dat is verschrikkelijk!'
'Nee, ik ga niet lángs start. Maar… Het zal toch niet waar zijn hè.'
'Erben, joh, doe niet zo kinderachtig hee, het is maar een spel.'
'Wat zeg je nou? Het is maar een spel?'
'Ja, dat is het toch? Gewoon een route langs verschillende steden.'
'Dit is een grapje hè? Dit doe je om me te stangen? Zeg dat dat het is.'
'Jezus, Erben, maak je je nu werkelijk druk om het verzamelen van een heleboel geld?'
'Ja, daar maak ik me zeker druk om! Of dacht je soms dat ik dit allemaal voor de lol deed?'
'Wat?'
'Nou, het hele algemene fonds.'
'Ja, dat dacht ik. Gek he? Dat ik dacht dat je voor de lol al die huizen kocht.'
'Dat doe ik met het geld dat mij beloofd is, Erik.'
'Maar dat geld is nep, Erben, dat geld bestaat niet. Dat weet je toch ook wel?'
'Hoezo, dan?'
'Erben, je moet niet ergens van uitgaan voordat je zeker weet dat het waar is.'
'Wacht even. Heb jij het nou over Monopoly?'
'Wacht even. Heb jij het nou over de Elfstedentocht?'
'Laten we gaan Ganzenborden. Dit wordt me te ingewikkeld.'
'Als je maar niet denkt dat ik een beurt oversla.'
'Maak je niet ongerust. Morgen zijn we gewoon weer op alle zenders te zien.'
'Mooi.'
'It giet oan.'